Joop Pauwelussen zwaait af als directeur Instituut HAN Automotive

25 aug 2017, 3:00 Lokaal

25 augustus 2017

Joop Pauwelussen (65) is 24 augustus afgezwaaid als directeur van HAN Automotive. Hij ging er in 2002 aan de slag als eerste HAN-lector met Mobiliteitstechnologie als onderzoeksgebied. Pauwelussen werkte veel samen met het (internationale) bedrijfsleven.

‘Vrachtwagens worden de komende jaren steeds langer. In Nederland en de Europese Unie’, voorspelt Joop Pauwelussen. Als wiskundige met een voorliefde voor mobiliteitstechnologie en onderwijs begeleidt hij al jaren onderzoek naar LZV’s, Langere Zwaardere Vrachtautocombinaties.

Pauwelussen (65) was in 2002 de eerste lector aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN).Als lector Mobiliteitstechnologie gaf hij een impuls aan HAN Automotive door onderzoek en projectmatige samenwerking met het bedrijfsleven te stimuleren.

‘Als je dingen doet die je leuk vindt, dan geeft dat energie’, zegt Joop Pauwelussen met een glimlach als hij terugkijkt op zijn werkende leven. De omgang met studenten hoort daar sinds 2002 zeker bij. Dat jaar maakte Pauwelussen de overstap van researchmanager Voertuigdynamica bij TNO naar de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) waar hij lector Mobiliteitstechnologie werd in directe samenwerking met de HTS Autotechniek, nu het Instituut HAN Automotive. Als eerste lector aan de HAN vervulde Pauwelussen een voortrekkersrol door praktijkgericht en projectmatig onderzoek in samenwerking met het bedrijfsleven en andere kennisinstituten op te zetten.

Pauwelussen specialiseerde zich in het gedrag van vrachtwagencombinaties, inclusief de Langere Zwaardere Vrachtautocombinaties (LZV’s). Hij begeleidde vele (internationale) onderzoeken naar verbetering van het gedrag van deze LZV’s. ‘Vrachtwagens worden de komende jaren steeds langer. In Nederland en de Europese Unie’, voorspelt Pauwelussen. ‘Intermodaal vervoer, waarbij je vervoer over de weg, het spoor en het water combineert, speelt ook een belangrijke rol in ons onderzoek. Het gaat daarbij onder meer over de toegankelijkheid van de infrastructuur.’

Samenwerking met het (internationale) bedrijfsleven is volgens een voorwaarde om goed praktijkgericht onderzoek te kunnen doen. ‘Dat was echt pionieren, weerstanden overwinnen. Nu werken we samen met gespecialiseerde bedrijven uit de regio, zoals Nooteboom in Wijchen en Van Eck uit Beesd, maar ook bedrijven als DAF, Volvo en Mercedes.’

De organisatie van het internationale congres Advanced Vehicle Controll (AVEC) in 2004 heeft het lectoraat enorm geholpen, constateert Pauwelussen. ‘Dat congres had vrij veel impact en er kwamen ook buitenlandse bezoekers op af, zoals Amerikanen en Japanners.’ Het opzetten van de Engelstalige masteropleiding Automotive Systems werpt ook zijn vruchten af. Deze opleiding, die veel buitenlandse studenten trekt, is nu bekostigd en wordt zowel in voltijd als in deeltijd aangeboden.

Brandstof besparen

‘Ondernemers willen hun kosten terugdringen, maar wat betekent dat voor de manier waarop je met zo’n langere vrachtwagencombinatie omgaat en voor de veiligheid?’, schetst Pauwelussen. ‘Om daar inzicht in te krijgen, onderzoeken we de prestaties van deze voertuigen bij relevante manoeuvres, zowel met de computer als tijdens praktijkexperimenten.’

Als lector Mobiliteitstechnologie van HAN Automotive leidde Pauwelussen vele (internationale) onderzoeken naar technologische verbetering van LZV’s, maar ook naar het gedrag van deze voertuigen op de weg. Een Langere en Zwaardere Vrachtautocombinatie, ook wel ecocombi genoemd, mag in Nederland maximaal 25,25 meter lang zijn en mag maximaal 60 ton vervoeren. Dat is meer dan een gewone vrachtwagen (max 18,75 meter lang, max 50 ton). Aangezien het brandstofgebruik nauwelijks stijgt, kan een LZV tot 30 procent brandstof besparen per eenheid lading. ‘In Zweden rijden al vrachtwagens van meer dan 30 meter, bijvoorbeeld voor het vervoer van hout. Dat is goedkoper en veiliger.’

Onderzoek kan ook gaan om de interactie tussen de LZV en de bestuurder. ‘Daar valt veel aan te meten en te analyseren.’ Bestuurdersgedrag is een andere passie van Pauwelussen. ‘Het leuke is ook dat daarbij technologie en psychologie samenkomen.’ HAN-onderzoeker Saskia Monsma is in 2015 aan de Aalto University In Helsinki gepromoveerd op onderzoek naar de invloed van verschillende autobanden op het rijgedrag van chauffeurs, vertelt Pauwelussen met gepaste trots. ‘Zij is als docent nauw betrokken bij de masteropleiding Automotive Systems.’

Wiskundige

Pauwelussen is van origine wiskundige. Na zijn studie Toegepaste Wiskunde aan de Technische Universiteit Eindhoven promoveerde hij in 1981 in de wiskundige beschrijving hoe prikkels zich langs onze zenuwbanen bewegen. ‘Als wiskundige benader je problemen vanuit een bepaalde abstractie, je kijkt naar het systeem. Als ik een formule zie, zie ik meteen welke verbanden die beschrijft’, verklaart Pauwelussen. Na diverse functies in het bedrijfsleven richtte hij zich vanaf 1988 als researcher bij TNO meer op voertuigdynamica, het gedrag van de auto en de rol van de bestuurder.

De kennismaking met het onderwijs volgde toen Pauwelussen van 1998 tot 2000 hoogleraar Voertuigtechniek was aan de Technische Universiteit Delft. ‘De interactie met studenten vind ik leuk en boeiend. Vandaar dat ik niet lang na hoefde te denken toen Ewoud de Vreugd, de toenmalige directeur van HAN Automotive me vroeg om lector te worden.’ Eind 2013 volgde de vraag van HAN Automotive of Pauwelussen de vertrekkende directeur Marc de Leeuw wilde opvolgen. ‘Dat vond ik interessant. Het is mooi als je verder kunt bouwen aan de strategie van het instituut.’

Wie denkt dat Pauwelussen uitgewerkt is, heeft het mis. Hij blijft 2 dagen per week verbonden aan het lectoraat HAN Automotive Research en hij gaat aan de slag met de organisatie van het congres Heavy Vehicle Transport Technology (HVTT), dat in oktober 2018 in Rotterdam wordt gehouden. ‘Ik heb genoeg hobby’s en wetenschappelijke ambities als wiskundige. Vroeger heb ik geschilderd, dus ik heb weer een schildersezel aangeschaft. Er moet een familieboek worden afgeschreven en ik wil een vervolg schrijven op mijn eerdere boek over Voertuigdynamica.’

Bron: HAN
Tekst: Francien van Zetten

Share