Aantal faillissementen onnodig gestegen in 2012

De cijfers die het CBS op 23 januari bekendmaakte liegen er niet om: met 11235 faillissementen in 2012 lag het aantal bij bedrijven 19 procent hoger dan het jaar daarvoor. Bij de eenmanszaken steeg het aantal met maar liefst 29 procent. De vraag is: waren al deze faillissementen wel nodig? Michèl Tigelaar denkt van niet.Het aantal faillissementen in 2012 had best eens lager kunnen uitvallen als sommige van deze ondernemers op tijd professionele ondersteuning hadden gezocht, vermoedt Michèl Tigelaar van CP Consultancy & Invest. “In deze tijd hebben veel bedrijven het moeilijk. Kelderende omzetten bij gelijkblijvende of stijgende lasten, dat leidt al gauw tot schulden en betalingsregelingen. Uiteindelijk willen schuldeisers geld zien en lopen deurwaarders af en aan. Dat mondt vaak uit in een executieverkoop van de bedrijfsinboedel of van de eigen woning, of zelfs een faillissement. Maar als iemand tijdig hulp inroept om orde op zaken te stellen, kan zo’n scenario mogelijk anders verlopen.”Druk van de ketelIn zijn praktijk maakt Tigelaar het dagelijks mee. “De ondernemer is emotioneel zo verwikkeld in de problematiek dat hij zelf niet met schuldeisers of de bank kan onderhandelen. Een professional heeft afstand en overzicht en kan dat wel. Op zo’n moment haal ik de druk van de ketel. Vaak kan ik ook nare dingen zoals een huisuitzetting of executieveiling nog tegenhouden. In de rust die dan ontstaat, zoek ik naar de oorzaak van de problemen. Dat kan bijvoorbeeld gebrekkige acquisitie of ontoereikend financieel management zijn. In veel gevallen is daar iets aan te doen. En ik tref regelingen voor de ondernemer die haalbaar zijn.”De ondergang van een bedrijf voorkomen is niet alleen in het belang van de ondernemer, zegt Tigelaar. “Is iemand failliet, dan kunnen schuldeisers vaak naar hun geld fluiten. In mijn branche zijn velen eropuit om niet te betalen, maar ik zie ook de belangen van de schuldeisers.”VermenigvuldigdIs een faillissement toch niet te vermijden, dan is een doorstart soms mogelijk. Maar, weet Tigelaar, de ondernemer kan dan niet op de oude voet verder. “Er moet inzicht zijn in wat er misgegaan is en daar is vaak coaching voor nodig. Soms liggen er ook heel ergens anders kansen. En maak wel mee dat de ondernemer in dienst komt bij zijn vroegere bedrijf. Dat soort mogelijkheden kan iemand in zijn eentje lang niet altijd niet ontdekken.”Tigelaar merkt dat ondernemers het lastig vinden in hun zwaarste tijd geld uit te geven aan een specialistische hulpverlener. “Dat snap ik wel, maar iedereen die ik heb geholpen is beter uit de strijd gekomen. Wat ze hieraan uitgeven, verdienen ze vermenigvuldigd terug. En niet alleen financieel, maar ook in hun zelfvertrouwen en hun relaties. Een ondernemer is ook maar een mens.”

De cijfers die het CBS op 23 januari bekendmaakte liegen er niet om: met 11235 faillissementen in 2012 lag het aantal bij bedrijven 19 procent hoger dan het jaar daarvoor. Bij de eenmanszaken steeg het aantal met maar liefst 29 procent. De vraag is: waren al deze faillissementen wel nodig? Michèl Tigelaar denkt van niet.
Het aantal faillissementen in 2012 had best eens lager kunnen uitvallen als sommige van deze ondernemers op tijd professionele ondersteuning hadden gezocht, vermoedt Michèl Tigelaar van CP Consultancy & Invest. “In deze tijd hebben veel bedrijven het moeilijk. Kelderende omzetten bij gelijkblijvende of stijgende lasten, dat leidt al gauw tot schulden en betalingsregelingen. Uiteindelijk willen schuldeisers geld zien en lopen deurwaarders af en aan. Dat mondt vaak uit in een executieverkoop van de bedrijfsinboedel of van de eigen woning, of zelfs een faillissement. Maar als iemand tijdig hulp inroept om orde op zaken te stellen, kan zo’n scenario mogelijk anders verlopen.”
Druk van de ketel
In zijn praktijk maakt Tigelaar het dagelijks mee. “De ondernemer is emotioneel zo verwikkeld in de problematiek dat hij zelf niet met schuldeisers of de bank kan onderhandelen. Een professional heeft afstand en overzicht en kan dat wel. Op zo’n moment haal ik de druk van de ketel. Vaak kan ik ook nare dingen zoals een huisuitzetting of executieveiling nog tegenhouden. In de rust die dan ontstaat, zoek ik naar de oorzaak van de problemen. Dat kan bijvoorbeeld gebrekkige acquisitie of ontoereikend financieel management zijn. In veel gevallen is daar iets aan te doen. En ik tref regelingen voor de ondernemer die haalbaar zijn.”
De ondergang van een bedrijf voorkomen is niet alleen in het belang van de ondernemer, zegt Tigelaar. “Is iemand failliet, dan kunnen schuldeisers vaak naar hun geld fluiten. In mijn branche zijn velen eropuit om niet te betalen, maar ik zie ook de belangen van de schuldeisers.”
Vermenigvuldigd
Is een faillissement toch niet te vermijden, dan is een doorstart soms mogelijk. Maar, weet Tigelaar, de ondernemer kan dan niet op de oude voet verder. “Er moet inzicht zijn in wat er misgegaan is en daar is vaak coaching voor nodig. Soms liggen er ook heel ergens anders kansen. En maak wel mee dat de ondernemer in dienst komt bij zijn vroegere bedrijf. Dat soort mogelijkheden kan iemand in zijn eentje lang niet altijd niet ontdekken.”
Tigelaar merkt dat ondernemers het lastig vinden in hun zwaarste tijd geld uit te geven aan een specialistische hulpverlener. “Dat snap ik wel, maar iedereen die ik heb geholpen is beter uit de strijd gekomen. Wat ze hieraan uitgeven, verdienen ze vermenigvuldigd terug. En niet alleen financieel, maar ook in hun zelfvertrouwen en hun relaties. Een ondernemer is ook maar een mens.”

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen