“Omdat de medewerkers van het postsorteercentrum in deze drukke tijd zich in het zweet werken, organiseert Arnhem Voor 14 een mars. Deze mars is voor de werknemers, om hen een hart onder de riem te steken,” aldus Desiree Egberts, namens Voor 14.
Post NL noemde de medewerkers helden, maar waar blijft de waardering en beloning voor die helden dan?
Onmogelijke taak
De helden van de post staan voor een vrijwel onmogelijke taak in december. De coronacrisis vergt anders werken en zorgt tegelijk voor een enorme toename van het aantal pakketten en, naar verwachting, voor veertig tot zestig procent meer kerstkaarten. Daarnaast is een recente reorganisatie de oorzaak van verdere onderbezetting, waardoor er niet voldoende goed opgeleide collega’s zijn om deze gigantische berg weg te werken.
Buffelen voor bagger
“We werken ons elke dag kapot en verliezen toch elke dag meer terrein. En je wil niet weten wát we leveren. We stampen post en pakketten in tassen zonder nog een idee te hebben waarheen of voor wie. Twee wijken door elkaar? Doe maar weg, komt vanzelf wel weer terug. Kijken we er dan wel naar. We buffelen voor bagger. Dat wil ik niet. En ik hou het ook niet vol,” aldus een medewerker.
Tachtig procent van de medewerkers in het sorteercentrum verdienen onder de €14,- per uur. Met dit salaris kun je amper rondkomen. Mensen met een minimumloon hebben in de afgelopen jaren namelijk twintig procent aan koopkracht ingeleverd. Omdat een groot deel van de inkomsten aan huur en vaste lasten opgaat, blijft er nauwelijks geld over voor andere uitgaven.
Makkelijk belonen
Post NL noemde de medewerkers helden, maar waar blijft de waardering en beloning voor onze helden dan? Bij de bekendmaking van resultaten voor het eerste kwartaal 2020 sprak CEO Herna Verhagen van “een solide resultaat.” Sindsdien zijn de verwachtingen naar boven bijgesteld. PostNL verwacht dit jaar minimaal €120 miljoen winst te maken. Met deze cijfers kun je de medewerkers makkelijk belonen met een minimumloon van €14,- per uur.
Mars met actie
Arnhem Voor 14 wil woensdag wél onze waardering laten zien. Met een Mars van Voor 14. Die begint op woensdag 9 december om 9.30 uur bij Johan de Wittlaan 350, Postsorteercentrum Post NL.
Wat de precieze actie inhoudt wil Egberts tegen de Gelderlander nog even geheim houden. “Maar ik kan wel zeggen dat het een ludieke actie is. Het gaat erom dat we onze waardering tonen voor de postsorteerders- en postbodes. Iedereen ziet ze dagelijks van deur naar deur sprinten, maar ze worden nauwelijks beloond voor hun harde werk.”
Volgens Egberts gaat de protestactie geen onveilige situaties opleveren. ,,Natuurlijk houden we voldoende afstand. Aan alles wordt gedacht.”
Inhaalslag
Wat Voor 14 vraagt is niet teveel. Sterker nog, het gaat simpelweg om een inhaalslag. Sinds eind jaren ’70 groeit de welvaart in Nederland gestaag. Onze economie is flink gegroeid en onze arbeidsproductiviteit gestegen met meer dan vijftig procent. Ondertussen zijn minimumloners er alleen maar op achteruit gegaan. Zij hebben sinds midden jaren ‘90 geen echte inkomensgroei meer meegemaakt. Sterker nog, zij hebben in die periode twintig procent aan koopkracht ingeleverd. Het resultaat is dat 1.3 miljoen mensen in Nederland leven onder de armoedegrens. Ook groeit een op de negen kinderen op in armoede. Dat betekent dat 220.000 Nederlanders kunnen worden gekwalificeerd als werkende armen. De tweedeling tussen arm en rijk in ons land wordt steeds groter. Een verhoging van het minimumloon naar €14,- trekt enkel dit verschil recht.
Waarom 14?
Het getal €14,- komt ook niet zomaar uit de lucht vallen! Het Europees Parlement stelt al sinds 2008 dat het minimumloon van een land in Europa moet liggen op zestig procent van het gemiddelde inkomen van de actieve beroepsbevolking. Toen het minimumloon in Nederland werd ingevoerd in 1968, voldeden we hier aan. Het minimumloon lag toen op vijfenzestig procent van het gemiddelde loon. Intussen is het afgezakt tot minder dan vijfenveertig. Waarom profiteert in ons land niet iedereen mee van de groeiende welvaart? Een verhoging naar €14,- brengt ons weer in de buurt van de zestig procent van het gemiddelde loon.
