‘Dit monument geeft joodse gemeenschap weer een gezicht’

Foto: Arnhem Nieuws

Afgelopen zondag, 18 november, werd het monument voor de weggevoerde Joodse Arnhemmers onthuld. 75 jaar na dato gebeurde dat in de maand dat de laatste Joden die in Arnhem woonden werden weggevoerd.

Die laatste razzia vond plaats in november 1944. Slechts enkele honderden van hen keerden terug. Veel van de overlevenden en hun kinderen en kleinkinderen waren aanwezig bij de onthulling van het monument. Sommigen waren daarvoor uit het buitenland overgekomen. Vanuit onder meer Israel, België en Engeland woonden zij de plechtigheid bij.

Herdenkingsmonument

De bijeenkomst begon in het gemeentehuis, waar de genodigden werden ontvangen met koffie, thee en kosjere boterkoek. Honderden mensen hadden aan de uitnodiging van het organisatiecomité gehoor gegeven. Dat comité  de commissie Herdenkingsmonument gedeporteerde Joden WO II, bestaat uit Margreet van Gastel, Marcel Spanier, Leo Vosdingh en Jaap Clifford. Zij zetten zich sinds 2018 in voor de verwezenlijking van een monument voor hun omgekomen stadsgenoten.

Ontvangst van de gasten in het gemeentehuis.    (Het bericht gaat verder onder de afbeelding.)

monument

In het gemeentehuis waren ook aanwezig burgemeester Marcouch van Arnhem en opperrabijn Binyomin Jacobs. Zij zouden later die middag de onthulling van het monument verrichten, samen met commissaris van de Koning John Berends, ontwerpster Betty Jacobs en twee leerlingen van het Thomas a Kempis college.

Vanuit het gemeentehuis liepen de genodigden naar de Jonas Daniël Meijerplaats. Daar stonden vijftig stoelen klaar voor de ouderen onder hen. Ook veel belangstellenden uit de stad hadden zich verzameld rond het plein.

Onderduiken

Voorzitter Jaap Clifford van het organisatiecomité heette de aanwezigen welkom. Daarna sprak burgemeester Ahmed Marcouch, voor de gelegenheid getooid met een keppeltje. Marcouch vertelde over de familie Heertje, bij wie op 27 november 1942 op de deur geklopt wordt door iemand uit het Arnhemse verzet. Ze komen de familie waarschuwen en die duikt onder. Zij overleven de oorlog. Vele anderen werden echter de dood ingejaagd door de nazi’s. “Deze plek was vroeger het hart van het Joodse leven in Arnhem. Nu is er alleen nog maar de synagoge en die is nauwelijks te zien. Met de stolperstenen hebben we een eerste stap gezet als stad om onze Joodse inwoners te herdenken. Met dit monument willen we de Joodse gemeenschap in Arnhem weer een gezicht geven,” aldus Marcouch. “Vandaag maken we een vuist tegen radicalisering en haatzaaien. We staan hier als broeders en zusters. Ik ben geboren in Marokko, maar draag nu bewust een keppeltje, uit respect. De vrijheid om te geloven wat je wilt en te zijn wie je bent is de basis van ons bestaan.”

Het bericht gaat verder onder de afbeelding.

Monument

Keiharde granieten waarschuwing

Na de woorden van de burgemeester vond de onthulling van het monument plaats. Vervolgens sprak opperrabijn Jacobs de aanwezigen toe. “Dit is een schokkend monument, waarmee we de nagedachtenis van de overleden Joden in leven houden. Ze zijn vermoord, veel familienamen zijn verdwenen. Dit is een keiharde granieten waarschuwing. Dit mag nooit meer gebeuren! Het lijkt of we nooit van de geschiedenis leren. We leven in een vrije samenleving, maar vrijheid moet ook grenzen hebben. Als er groepen zijn die andersdenkenden willen elimineren, hun mening willen opleggen of invloed willen uitoefenen op het onderwijs, dan ligt daar een grens. We leven in een multiculturele samenleving. Dit monument is een gillende waarschuwing: vrijheid moet grenzen hebben!”

“Binnenkort is het weer Chanoeka, het Joodse feest van het licht. Dan worden er kaarsen gebrand in de joodse kandelaar, de menora. Eén vlammetje kan de duisternis verdrijven. Bij dat feest heb ik vorig jaar de burgemeester mogen bekeppelen. Ik wil oproepen om dit jaar de menora hier buiten aan te steken, bij dit monument, in plaats van in de synagoge. Als een oproep om samen te herdenken en herhaling te voorkomen. Want begrijpen kunnen we het niet, maar wel het onzichtbare in herinnering brengen.

De bijeenkomst werd besloten met muziek door leerlingen van het Thomas a Kempis college en een zelfgeschreven gedicht, voorgedragen door Mirre Kisteman. Daarna konden de genodigden konden napraten over de onthulling in het stadhuis.

Ontwerpster van het monument Betty Jacobs vertelt.   (Het bericht gaat verder onder de afbeelding.)

monument

Joodse Arnhemmers

In 1933 woonden er in Arnhem 1408 joden. In 1940 waren dat er 1827, als gevolg van de komt van vele joodse vluchtelingen uit de rest van het land naar Arnhem. Bij verschillende razzia’s werden vanaf 1941 in zo’n 1500 joden uit Arnhem afgevoerd. In 1951 waren er nog 327 overgebleven in onze stad. (bron: Gelders Archief.)

Voor meer informatie: Joods monument Arnhem

 

monument

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen