De rechtbank veroordeelt een 24-jarige man uit
Arnhem tot een werkstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden voor het samen met anderen
witwassen van grote geldbedragen. De man stelde bijna anderhalf jaar lang zijn bankrekeningen ter beschikking om daarop grote geldbedragen te laten overmaken.
Ook benaderde hij anderen om rekeningen te openen en deze ook beschikbaar te stellen. De man voerde vervolgens het beheer over deze rekeningen. De ontvangen geldbedragen nam hij contant op voor zijn opdrachtgever. Hiervoor ontving hij per transactie een vergoeding.
Afkomstig van misdrijf
De rechtbank kan niet vaststellen van welk specifiek misdrijf het geld afkomstig was. Wel oordeelt de rechtbank dat het niet anders kan dan dat de geldbedragen die op de door de man beheerde rekeningen werden gestort afkomstig waren van een misdrijf en de man deze kans op de koop toenam. Hij had namelijk wel het gevoel dat het niet klopte. Hij negeerde dit gevoel, omdat hij zo makkelijk geld kon verdienen.
Door crimineel geld in het legale betalingsverkeer te brengen, werkte de man mee aan verhulling van criminele activiteiten en inkomsten daaruit. Ook wordt hierdoor de Staat - en daarmee dus ook de samenleving, benadeeld, omdat over die (criminele) inkomsten geen belasting wordt betaald. Verder vormt witwassen een ernstige bedreiging van de legale economie.
Voorwaardelijke gevangenisstraf
De rechtbank oordeelt dat deze feiten een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zouden rechtvaardigen. Omdat het gaat om feiten die enkele jaren geleden plaatsvonden en de man sindsdien een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt ziet de rechtbank aanleiding een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen van twaalf maanden en daarbij een taakstraf van 240 uur. De rechtbank stelt daarbij de voorwaarde dat de man zich tijdens de twee jaar durende proeftijd moet melden bij de reclassering.
De man stelde bijna anderhalf jaar lang zijn bankrekeningen ter beschikking om daarop grote geldbedragen te laten overmaken. Ook benaderde hij anderen om rekeningen te openen en deze ook beschikbaar te stellen. De man voerde vervolgens het beheer over deze rekeningen. De ontvangen geldbedragen nam hij contant op voor zijn opdrachtgever. Hiervoor ontving hij per transactie een vergoeding.
Afkomstig van misdrijf
De rechtbank kan niet vaststellen van welk specifiek misdrijf het geld afkomstig was. Wel oordeelt de rechtbank dat het niet anders kan dan dat de geldbedragen die op de door de man beheerde rekeningen werden gestort afkomstig waren van een misdrijf en de man deze kans op de koop toenam. Hij had namelijk wel het gevoel dat het niet klopte. Hij negeerde dit gevoel, omdat hij zo makkelijk geld kon verdienen.
Bedreiging economie
Door crimineel geld in het legale betalingsverkeer te brengen, werkte de man mee aan verhulling van criminele activiteiten en inkomsten daaruit. Ook wordt hierdoor de Staat - en daarmee dus ook de samenleving, benadeeld, omdat over die (criminele) inkomsten geen belasting wordt betaald. Verder vormt witwassen een ernstige bedreiging van de legale economie.
Voorwaardelijke gevangenisstraf
De rechtbank oordeelt dat deze feiten een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zouden rechtvaardigen. Omdat het gaat om feiten die enkele jaren geleden plaatsvonden en de man sindsdien een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt ziet de rechtbank aanleiding een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen van twaalf maanden en daarbij een taakstraf van 240 uur. De rechtbank stelt daarbij de voorwaarde dat de man zich tijdens de twee jaar durende proeftijd moet melden bij de reclassering.