De
rechtbank veroordeelt een 39-jarige man uit
Arnhem tot een
gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 16 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. De man maakte zich onder andere schuldig aan het
verkrachting van zijn tante.
Ook legt de rechtbank hem bijzondere voorwaarden op. Daarbij moet de man moet een
schadevergoeding betalen aan het slachtoffer van ruim €5.500,-.
Stiekem filmpjes
De man maakte op meerdere momenten stiekem filmpjes van het slachtoffer toen zij in haar woning was. In de nacht van 12 op 13 juni 2022 ging hij haar woning binnen terwijl ze lag te slapen. Daar vond vervolgens de verkrachting plaats. Er ontstond vervolgens een worsteling. Uiteindelijk vluchtte de man de woning uit gevlucht. Verder stal hij de telefoon van het slachtoffer.
De man ontkende altijd dat hij dit heeft gedaan. Hij legde wisselende verklaringen af over wat er wel zou zijn gebeurd die avond. De rechtbank vindt deze verklaringen niet geloofwaardig. Er is DNA van verdachte gevonden op de broek, onderbroek en vagina van het slachtoffer. Het slachtoffer verklaarde dat de man een bivakmuts en handschoenen zonder vingers droeg. In andere bewijsmiddelen vindt de rechtbank bevestiging dat dit klopt.
Rechtbank acht bewezen
De rechtbank acht bewezen dat de man zijn tante heeft verkracht, dat hij haar telefoon heeft gestolen en dat hij filmpjes van haar heeft gemaakt, terwijl zij daar niet van op de hoogte was.
Verminderd toerekeningsvatbaar
De man is door een psycholoog en een psychiater onderzocht. Door in de periode van de bewezenverklaarde feiten veel cannabis te roken heeft hij zijn psychotische toestand in juni 2022 mede aan zichzelf te wijten en is hij verantwoordelijk voor zijn daden. De man is volgens de rechtbank verminderd toerekeningsvatbaar.
Dit zijn ernstige feiten. Vooral de verkrachting, die een plaatsvond in de woning van het slachtoffer, een plaats waar zij zich bij uitstek veilig moet kunnen voelen, heeft een grote impact op het slachtoffer gehad.
Straf conform eis
De straf is gelijk aan de eis van de officier van justitie. Als bijzondere voorwaarden legt de rechtbank op een meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling (met de mogelijkheid tot kortdurende klinische opname), meewerken aan middelencontrole, een contactverbod met het slachtoffer en een locatieverbod voor de woonplaats van het slachtoffer.